![]() |
Den Haag, Onze Lieve Vrouw Onbevlekt Ontvangenis |
|
DE KATHOLIEKE KERKEN IN NEDERLAND
BESCHRIJVENDE TEKST VAN JAN KALF, SECRETARIS
DER MONUMENTEN-COMMISSIE.
BISDOM HAARLEM, HET DEKENAAT 's-GRAVENHAGE.
5. DE PAROCHIEKERK VAN ONZE LIEVE VROUW
ONBEVLEKT ONTVANGEN TE 's-GRAVENHAGE.
Het is mij onbekend of het ook hier nog een herinnering is aan de dagen der verdrukking, waarin katholieke kerken aan zeer beperkte afmetingen waren gebonden, zoodat men, om de noodige plaatsen te vinden, den étagebouw toepaste en kerken bouwde met soms twee galerijen boven elkander - maar opmerkelijk mag het ieder geval heeten dat ook deze Jezuietenkerk, als die te Groningen en te Amsterdam, ruime tribunes heeft. Zij loopen hier zelfs geheel het schip der kerk rond, beginnend boven de westelijke travee van het middenschip, voortgedragen boven de zijbeuken en zich ombuigend langs de transeptwanden. Dat hierdoor zeer veel, ruimte wordt gewonnen behoeft geen betoog en men gelooft dan ook gaarne, dat deze kerk, die, zonder den voorbouw ruim 60 M. diep is, 28.50 M. breed in het schip en 46 M. in het kruispand, 1600 vaste zitplaatsen bevat.
Een tweede bizonderheid, die bij het bekijken van het plan in het oog valt, is de klaverbladvormige aanleg van het oostelijk gedeelte. Men weet, dat deze reeds bij oud-christelijke kerken voorkwam en gedurende de romaansche periode en den z.g. overgangstijd tamelijk veelvuldig is toegepast in de tegenwoordige Rijnprovincie en in een deel van Zuid-Frankrijk, terwijl men er ook voorbeelden van vindt in ons land (Rolduc en Roermond) en te Doornik. Denkt men zich bij het nog aanwezige transept dezer laatste kerk het (thans verdwenen) romaansche choor terug, dan heeft men een aanleg - evenals b.v. bij S. Maria am Kapitol te Keulen - die, aan dit ontwerp van den heer Nic. MOLENAAR sterk doet denken: evenals in Den Haag vindt men ook te Doornik en Keulen elk der drie deelen van den klaverbladvorm voorzien van een omgang en te Doornik is ook reeds, in afwijking van den halfcirkel, die elders veelal werd toegepast, de veelhoek als sluiting gebruikt.
Koos men daar echter een halven tienhoek, de heer MOLENAAR deed zijne sluitingswanden bestaan uit vier zijden van eenen tienhoek, vrij zeldzame dispositie, die echter het niet onaardige effect medebrengt, dat men, telkens tusschen twee zuilen door, niet tegen een vlakken wand, maar in de pikante schaduwpartij van eenen hoek kijkt, terwijl elk der veelhoekszijden in tweeën wordt gedeeld door den muraalzuil, die den gordelboog der overwelving van den omgang draagt.Van deze laatste omstandigheid is in de transepten dezer kerk goede partij getrokken door de wandruimte onder de vensters te benutten voor de plaatsing der gebeeldhouwde kruiswegstaties (kalksteenen haut-reliefs door TE POEL en STOLTEFUS, die thans elk een geheel vak vullen. Eindelijk verdient in het plan nog aandacht de wijze, waarop ruimte is gewonnen. voor de biechtstoelen, door nl. de contreforten te verbreeden en de muren tegen hunnen buitenkant te stellen, zoodat langs heel het schip een rij van kapellen ontstond, waar niet alleen de biechtstoelen maar ook de poenitenten plaats vinden, zonder het verkeer in de kerk te belemmeren. Liever dan te trachten door uitvoerige beschrijving een indruk, te geven van het grootsche gebouw, doe ik dit door middel van afbeeldingen. Bijstaande plattegrond en interieur, met het op een der lichtdrukplaten weergegeven uiterlijk, zijn daartoe zeker voldoende.
Zegge ik alleen, dat de verhoudingen, vooral in het inwendige, uitnemend zijn getroffen. Door de zuilen van het schip niet met spits-, doch met rondbogen te verbinden, wist de architect de hoogte eenigszins te beperken en tegelijkertijd de wijdte der intercolurnnien te accentueeren - twee omstandigheden, die aan de eurythmie van het geheel belangrijk ten goede komen en aan de kerk een uitdrukking van gedragen evenwicht, van statigen ernst verleenen.
Voltooid kan het interieur eigenlijk nog niet heeten. Wel staan er reeds tal van kostbare meubelen in - altaren, communiebank, preekstoel maar het is berekend op polychromie en die is alleen nog maar in het oostelijk deel aangebracht. Bij de zuilen van gepolijst rood graniet met hunne wit-marmeren kapiteelen zou de grijze pleister ook al te zeer disharmonieeren. De kleuring in lichte tinten, gesteund door gebrandschilderd glas - dat ook reeds in de beneden-vensters van transept en zijbeuk aanwezig is - doet hier waarlijk goed - ook al is zij op zichzelve, met haar mislukte imitatie van groefsteenconstructie, verre van gelukkig en veel te teer en kleintjes voor de kloeke architectuur.
Het schip is nog geheel in den grauwen kalktoon, waarbij alleen de zandsteenen zuilen en de gele gewelfribben eenigszins spreken. Hopen wij, dat het den bouwmeester zal gegeven zijn zijne schepping nog eens in kleurig kleed te zien aangedaan en, dat hij daartoe betere krachten zal vinden, dan de onbeholpen hand, die het choor- en de kapel der Pietà beschilderde...
Deze kerk is door Mgr. BOTTEMANNE gewijd op 1 December 1892.